Dagboek

ZONDAG
Ik word te oud voor een house-party. Gisteren voor het eerst in mijn leven naar zo’n herrieavond geweest; vandaag beieren de klokken van de Grote Kerk in mijn hoofd. Krijg tot overmaat van ramp op m’n zwaar getergde kop van A. (echtgenote). Maar ze is niet rancuneus: kookt een eitje voor me (drie en een halve minuut, perfect!) en serveert drie croissantjes met roomboter en ‘echte’ jam. Hmm. De kerkgang schiet er deze week bij in. De middag brengen we door met kranten en weekbladen, waarvan ik de titels wegens ruimtegebrek maar onvermeld laat.

MAANDAG
Maandag: wasdag. Huishoudelijk werk, boodschappen en administratie: niet het meest interessante werk, maar het moet nu eenmaal worden gedaan. A. is naar yoga, ik breng Cathelijne en David (kinderen) naar bed. Wonder, o wonder slapen ze snel. Dankzij mijn Roodkapje? Zouden ze dromen van die ‘ouwe, lelijke, gemene wolf’, zoals ze de belager van dat onschuldige meisje noemen? Als A. terug is, maken we vakantieplannen. We kunnen het niet eens worden: drie weken in een huisje in Nunspeet, zoals vorig jaar, of Portugal? Het lot beslist: het wordt de Veluwe. Godzijdank.

DINSDAG
School met deadline. Ik begeleid de studenten die de regiopagina maken. Veel lol om persbericht over watervlo in drinkwater, een van mijn favoriete lesonderwerpen. Een studente roept vijf minuten voor het einde van de les ‘Opschieten, want ik moet nog boodschappen doen’. Die wordt nooit een goeie journalist. Lees ’s avonds in de krant dat XTC-pillen wellicht kankerverwekkend zijn. Tja, wie gelooft dat? Onderzoek in België heeft dat aangetoond, als het nou in Amerika was geweest.

WOENSDAG
Sectievergadering op school. Vergaderen is niet mijn favoriete tijdbesteding. We evalueren het propaedeuse-tentamen, waarbij 37 procent is geslaagd. Pech voor die 63 procent, maar er komen nog twee kansen dit jaar. Je krijgt nu eenmaal niets cadeau in het leven. Na afloop gaan alle docenten huns weegs. Jammer dat er niet een gezellig kroegje vlakbij school is. Kroegen bevorderen het onderling contact en soms worden er de beste ideeën geboren. ’s Avonds squash; voor de conditie.

DONDERDAG
Bespreking met collega Nico en Ben. We beginnen op het onzalige tijdstip van 9 uur (niet mijn idee). Koffie, sigaren en veel woorden. Op de terugweg naar Vlaardingen kom ik de Schiedamse oud-wethouder P. tegen. Alhoewel hij een eerste-klaskaartje heeft, wil hij wel met mij in de 2e klasse gaan zitten. Hij vertelt dat het Bedrijfsfonds voor de Pers bulkt van het geld. Steunaanvragen betalen ze van de rente. Nooit geweten! Leuk onderwerp voor een verhaal. Ik hoor ook nog een ranzige roddel over het liefdesleven van de Vlaardingse ex-wethouder G. Ik beloof P. het verhaal niet door te vertellen, dus dat doe ik ook niet.

VRIJDAG
Twee interviews voor groot artikel over de stormloop op journalistenscholen en -cursussen in Nederland, de opwaardering met een Masters-degree en de twee universitaire opleidingen. Verschijnt volgende maand gelijktijdig in HP/De Tijd, Humo en (met een beetje geluk) ook in een Amerikaans blad, waarvan ik de naam nog niet mag noemen. Ben benieuwd of mijn titelsuggestie ‘De rioolrat in de collegebanken’ het haalt. De gesprekken lopen uit, de trein heeft vertraging en (ongelukken komen nooit alleen) thuis is de centrale verwarming uitgevallen. C&D dansen uitgelaten door het huis, ijsmuts op het hoofd, dikke sjaal om de hals. Met zoveel vrolijkheid kun je toch moeilijk sjagrijnig blijven. Eindig de dag (sorry, de nacht) achter de PC.

ZATERDAG
Post van school. Een grapjas heeft achter de plaatsnaam geschreven: ‘Dat moet een uitdaging zijn, PTT, om te vinden.’ ’s Ochtends naar de markt in Rotterdam. Laat mij meeslepen door het verbale geweld van een standwerker die de plintdief verkoopt, een variant op de kruimeldief. De menselijke creativiteit kent geen grenzen, maar ik koop hem toch maar niet. Cappuccino (dubbel p, dubbel c; weet u nog van het Nationaal Dictee?) aan de Oude Haven. Voor de kenners: tegenover het Witte Huis. Thuis heb ik de kookbeurt. Maak een, al zeg ik het zelf, verrukkelijke paella. ’s Avonds genieten A. en ik in De Doelen van de Symfonie Nr. 4 in G van Mahler. Vooral het Poco adagio vind ik elke keer weer indrukwekkend. Heel wat mooier dan die house van vorige week.

NB Bovenstaande dagboek schreef ik voor het schoolblad Toestand en is van A tot Z uit mijn duim gezogen. Ik liet dat de redactie via onderstaande brief weten. In het dagboek verwerkte ik gegevens uit eerdere dagboeken van collega’s.

Dagboek is vervalsing
Van dat dagboek van Van der Lugt in Toestand van 25 februari klopt werkelijk niets. Die meneer, die ons leert dat journalisten nooit mogen liegen, liegt alsof het gedrukt staat.
Hij zegt dat hij een artikel schrijft voor HP/De Tijd, Humo en een Amerikaans blad, naar een concert in De Doelen is geweest, een les heeft gegeven over een watervlo in het drinkwater… allemaal gelogen!
Ik heb het eens nagevraagd bij De Doelen, HP/De Tijd en de deadline-groep, waar hij die les zou hebben gegeven, maar er klopt echt niets van. Op die bewuste zaterdagavond was er helemaal geen concert met Mahler in De Doelen; nog erger de vierde van Mahler is er nog nooit gespeeld. Bij HP/De Tijd zeggen ze: ‘Van der Lugt, nooit van gehoord, wie is dat?’ En die deadline-groep weet ook van niets.
Dus als dit al niet klopt, was is er dan waar van de rest van het dagboek? Trouwens: bestaat die meneer Van der Lugt eigenlijk wel, want waarom heeft de redactie van Toestand er een tekening bij gezet en niet een foto? Dat geeft te denken.
Ik vind het een schande, studenten op zo’n flauwe manier een beetje voor de gek houden.
Peter de Bruin, alias de Wreker.

  • Geen Trackbacks
  • Reacties (0)
  1. Nog geen reacties