Had ik toch gelijk

‘Waarom kijk je altijd zo chagrijnig?’ Hoe vaak ik dat al niet heb moeten horen. Meestal reageer ik dan met: vind je het gek als ik jou zie? Of ik zeg: ik ben geen wandelende reclame van de Prodent tandpasta. In een beoordelingsgesprek met mijn chef en de afdeling personeelszaken kwam mijn negatieve uitstraling ook eens ter sprake. Sommige studenten vonden mij ‘weinig motiverend’, omdat kritiek op het puntje van mijn tong ligt en lof helemaal achteraan. Mijn verweer was toen: van je fouten leer je, niet van de dingen die je goed doet.
Maar nu weet ik beter. ‘Onpopulaire leraren plegen geen ontucht.’ Deze uitspraak noteerde een verslaggever van het Rotterdams Dagblad uit de mond van een Rotterdamse schooldirecteur. De man zei: ‘Het zijn altijd de leuke, aardige leraren die op seksueel gebied over de schreef gaan. De onpopulairen hebben geen schijn van kans – die zijn niet in staat een relatie met een leerling op te bouwen.’ Dus dat wordt voortaan mijn verklaring voor mijn chagrijnige smoel, de rode strepen waarmee ik de artikelen van mijn studenten bedek en het ‘goede morgen’-loos binnenwandelen van het schoollokaal.
Want het onderwijs is een en al Sodom, als je de kranten mag geloven (als docent journalistiek moet ik dat helaas wel). Zelfs een spontane zoen is suspect. En ik voorspel dat het allemaal nog veel erger wordt. Tenslotte waait de wind doorgaans uit het westen, dus zal het taalgebruik, net als in de VS, er ook wel aan moeten geloven. Dat betekent voor mij als docent journalistiek oppassen geblazen met vaktermen als ‘aangekleed nieuwsbericht’, ‘undercover journalistiek’ en ‘dwarsverbindingen’.
Voordat je het weet, sta je in het beklaagdenbankje van de commissie ‘politiek correct taalgebruik’. Vraagt de strenge voorzitter: ‘Meneer Van der Lugt, wat bedoelt u eigenlijk met undercover journalistiek? Dat uw studenten met hun gesprekspartner onder de dekens moeten kruipen? Bent u wel goed bij uw hoofd? Gaat u dat eerst een keertje voordoen volgens het didactische principe van aanschouwelijk onderwijs? En wat is nou precies een aangekleed nieuwsbericht? Bestaat er ook een uitgekleed nieuwsbericht? En op welke dwarsverbindingen doelt u eigenlijk?’
Dan sta je toch mooi met je mond vol met tanden. Wat moet je daar nu op antwoorden? Dat dit geaccepteerde vaktermen zijn, ontleend aan het Basisboek journalistiek? Dat zal weinig helpen want ik ben een van de auteurs van dit standaardwerk, dus word ik voor een tweede keer opgeroepen. Wat moet ik dan zeggen? Dat ik bij mijn mede-auteurs het gebruik van neutraler termen zal bepleiten? Nee, ik kijk met mijn meest chagrijnige blik mijn rechters recht in de ogen; dat zal hen overtuigen van mijn onschuld.

  • Geen Trackbacks
  • Reacties (0)
  1. Nog geen reacties