Interview

Hij begon zijn loopbaan als onderwijzer in het lager onderwijs,het huidige basisonderwijs,  deed ontwikkelingswerk in Kameroen, werkte als journalist bij de Havenloods en Het Vrije Volk en eindigde zijn carrière toch weer in het onderwijs als docent op de School voor Journalistiek in Utrecht.
Dick van der Lugt, inmiddels met de VUT, weet nog precies waarom hij onderwijzer wilde worden. “Ik had als kind geen ambities als brandweerman of zo. In de vijfde klas van de lagere school hadden we een project over Spanje, waarbij ook een projectavond werd georganiseerd. Die avond deed ik de presentatie. Na afloop zei iemand tegen mijn ouders “goh, dat is een geboren onderwijzer”. Mijn moeder vertelde dat aan me, daar vond mijn beroepskeuze plaats. Na de HBS heb ik onder invloed van docenten nog twee of drie maanden wis- en natuurkunde gestudeerd, maar daar werd ik heel ongelukkig van. Toen ben ik overgestapt naar de kweekschool en zo ben ik het onderwijs ingerold.

Ik heb altijd gekozen voor achterbuurtscholen en scholen in volkswijken: Rotterdam, Schiedam en Maassluis. Één week heb ik op een eliteschooltje gewerkt, maar daar had ik snel genoeg van. Die kinderen werden door pappie in de Jaguar gebracht, praatten over vakantiebestemmingen waar ik nog nooit geweest was… Idealistisch was ik ja, nog steeds trouwens. Waar dat vandaan komt weet ik eigenlijk niet. Ik ben gelovig opgevoed, zou er misschien een religieuze verklaring voor kunnen geven… Vanuit het Nieuwe Testament, dat je moet woekeren met je talenten, ze niet moet begraven. Ik weet het niet, eigenlijk ging het allemaal vanzelf”

Idealisme bracht hem ook naar Kameroen, waar de enige onderwijsplaats binnen de stichting Nederlandse vrijwilligers was. Terug uit Afrika werkte hij nog een paar jaar in het onderwijs, tot hij de overstap naar journalistiek maakt.
“Ik zag een advertentie waarin een correspondent voor de Havenloods werd gezocht en dat leek me wel leuk. Voor de schoolkrant schreef ik wel eens stukjes, ik was hoofdredacteur en vormgever van het clubblad van mijn padvindersgroep, hoofdredacteur van het lokale PvdA-blad maar verder had ik er geen journalistieke ambities. Op dat moment lag ik in scheiding en had ik veel vrije tijd over. Ik dacht: ik kan mezelf in de kroeg gaan bezatten, of ik verdien er wat geld mee. Zo ben ik bij de Havenloods begonnen. Na drie jaar kwam er een plek vrij op de regioredactie van Het Vrije Volk en daar heb ik op de kop af tien jaar gewerkt. Na die tien jaar werd ik overgeplaatst naar de buitenlandredactie, maar daar had ik al snel genoeg van. In Vlaardingen hadden we met de regioredactie een eigen kantoortje. Je stapte de deur uit en je kwam je bronnen tegen. Zeker in die tijd liepen werk en vrije tijd erg door elkaar heen. De mensen kwam je tegen, zij gaven je tips. Zolang er elke dag maar een pagina lag maakte het niet uit op welk tijdstip van de dag die in elkaar gezet werd. Enorm veel vrijheid had ik daar. Die nieuwsdienst in Rotterdam betekende dat ik op een onmogelijk vroeg tijdstip op moest staan. Mijn eerste bericht op de buitenlandredactie ging over Panama. Dat was zo abstract, Panama, het waren maar lettertjes. Dat was niks voor mij, toen heb ik ontslag genomen. Ik mocht wel aanblijven als medewerker, maar eigenlijk had ik toen al de droom om op de School voor Journalistiek terecht te komen.

U wilde toch weer les gaan geven?
“Ja, ik dacht, ik heb onderwijservaring en journalistieke ervaring, dat lijkt me een unieke combinatie. Ze zitten daar vast op me te wachten.” Dick van der Lugt lacht: “Maar dat zaten ze dus helemaal niet. Als ik de verhalen moet geloven had de toenmalige directeur een voorkeur voor zijn eigen vriendjes. Toen ben ik gaan freelancen. Twee jaar later werd ik gevraagd om in te vallen, zo belandde ik alsnog op de School voor Journalistiek.”

Een vaste aanstelling volgt en  samen met Nico Kussendrager en Ben Rogmans schrijft hij het “Basisboek journalistiek” dat op dit moment nog steeds wordt gebruikt op de SvJ. (Oud)leerlingen waarderen zijn manier van lesgeven zeer, maar op de vraag wat hij zijn leerlingen mee wilde geven blijft het lang stil.
“Zo… nou… Laat ik als voorbeeld een plaatje van Kuifje nemen, uit het eerste album, Kuifje in het land van de Sovjets. Op een gegeven moment spreekt Kuifje de fantastische woorden: ‘Daar wil ik het mijne van weten’. Dat is mijn essentie van journalistiek en dat is ook wat ik mijn leerlingen mee wil geven. Een onblusbare nieuwsgierigheid, gecombineerd met wantrouwen soms. Ik hou van dit vak. Nieuwsjagen, het netwerk van tipgevers die je voeden met nieuwtjes. Interviewen ook natuurlijk. Het interviewen van mensen die voor mijn part gepassioneerd wc-rollen verzamelen, uitvinden wat hun drijfveren zijn. Blijkbaar breng ik dat ook over op studenten. Waarom ik docent wil zijn weet ik eigenlijk niet eens. Ik kan er wel allerlei rationele verklaringen voor geven, maar ik vind het gewoon leuk. Als dat dan ook nog enig nuttig effect heeft is dat mooi meegenomen.”

Na 18 jaar als docent aan de school voor journalistiek verbonden te zijn geweest ging Dick van der Lugt in 2008 met de VUT. De leerlingen waren niet genoeg geweest, maar de school wel.
“De school verkeerde op een gegeven moment in financiële moeilijkheden. Toen hebben ze meer studenten aangenomen in het eerste jaar en een aantal oudere docenten aangeboden langzaam hun aanstelling af te bouwen. Dat vond ik wel een aantrekkelijk idee, om me meer op andere dingen te concentreren. Studenten vervelen nooit, maar op een gegeven moment begon de school wel aardig te vervelen. De managers, de slechte organisatie… Hoewel ik me daar ook wel weer makkelijk aan kon onttrekken. Op een gegeven moment ben ik ook niet meer naar vergaderingen gegaan, nota’s moet je sowieso onder de delete knop laten verdwijnen.  Dat werd me niet kwalijk genomen, het werd gewoon geaccepteerd. De school is een lichtelijk anarchistisch zooitje, niemand controleert wat je in een klas doet. Dat gaf veel vrijheid om op mijn eigen manier les te geven. De readers volgde ik niet altijd, maar misschien moesten mijn leerlingen bij mij wel veel meer doen dan daar instaat.

Nu ben ik met de VUT, ik reis regelmatig. Ook in het buitenland blijf ik journalist. Eens interviewde ik een kunstenaar, die maakte de opmerking ‘je bent eigenlijk nooit vrij’. Zo gaat het, nog steeds. Dan loop ik ergens en denk: hee, hier zit een verhaal in. Een beroepsafwijking is het. Ooit komt er ook nog een volgende druk van “Interviewen in de praktijk”, daarom wil ik op de hoogte blijven van wat er leeft bij studenten. Ik zou het ook nog steeds leuk vinden om af en toe weer les te geven op de School voor Journalistiek. Les geven en journalistiek, dat zal inderdaad altijd wel in me blijven zitten.”

Bovenstaand interview is gemaakt voor het eerstejaars vak interviewen door Annemarie Kol. Ik heb het hier en daar bewerkt. Het interview vond plaats op 1 oktober 2009 in Stef’s, het café van de School voor Journalistiek in Utrecht.

  • Geen Trackbacks
  • Reacties (1)
    • Annemarie
    • 14 januari 2010 12:10pm

    Dat is grappig, ik googelde mijn naam en kwam hier terecht. In aangepaste vorm, zowel in de door u aangegeven punten als de uitwerking wil ik hem nog steeds herschrijven. Leuk om het hier terug te zien.

    Groet, Annemarie

Reacties niet mogelijk